Als we aan tuinen denken, of niet aan tuinen, maar aan planten, gaan we ervan uit dat ze een reeks verzorging nodig hebben om te groeien en zichzelf goed te onderhouden. Maar wat zou je tegen me zeggen als ik je vertelde dat dit niet altijd het geval is?
Een man genaamd David Latimer plantte een zaadje in een glazen fles op Paaszondag in 1960. Tot op de dag van vandaag het is een tuin die meer dan dertig jaar geleden voor het laatst werd bewaterd: in 1972. Hoe komt het dat planten nog leven?
Nadat hij wat compost in de bolvormige fles had gegoten, stopte meneer Latimer een Tradescantia-zaadje met een draad en gaf het een beetje water. Hij deed de fles dicht en zette hem in een hoek waar het erg helder was en… het zonlicht zorgde voor al het andere.
Terwijl het zaad ontkiemde en de plant sterker en sterker werd, zijn bladeren hebben fotosynthese kunnen uitvoeren, eten voor haar halen. Dit proces genereert zuurstof en vochtigheid in de lucht, een vochtigheid die zich ophoopt in de fles en die opnieuw door de bladeren wordt opgevangen. Maar geen vrienden, dit is niet alles.
Op dezelfde manier dat het gebeurt in een gematigd bos of in een tropische jungle, de bladeren die op de grond vallen rotten, waardoor de voedingsstoffen vrijkomen die werden gebruikt om ze te maken. Zo is er een ecosysteem ontstaan dat geen enkele vorm van zorg nodig heeft.
Zonder zonlicht zou niemand van ons hier zijn, omdat er geen planten zouden zijn om te fotosynthetiseren. Het is verbazingwekkend dat Latimer, die nu 82 jaar oud is, een tuin in een fles heeft bereikt, hoewel het meer dan een tuin is, het lijkt op een micro-jungle 😉 .
Dit is zeker een heel interessant experiment, vind je niet?
Voor meer informatie, klik hier.