De aster ze zijn een heel, heel breed geslacht van kruiden. Er zijn 2338 soorten beschreven, en hoewel er slechts 214 zijn geaccepteerd, is dat aantal hoog genoeg om ons allemaal de mogelijkheid te bieden om gedurende ons hele leven van ten minste één exemplaar te genieten.
Bovendien heeft leef in gematigde streken over de hele wereld, waardoor het gemakkelijk aan te passen is aan verschillende omstandigheden.
Oorsprong en kenmerken
Asters zijn meerjarige of jaarlijkse kruiden, zelden heesters, onderstruiken of klimmers, die meerdere stengels ontwikkelen. Met afwisselende en groenachtige bladeren, produceren witte, lila of roze bloemen in hoofdstukken, en zijn solitair en terminaal of tuilen Deze ontkiemen meestal in de lente, maar ze kunnen ook in de herfst ontkiemen als de omstandigheden goed zijn. De vrucht is een spoelvormige dopvrucht.
De groeisnelheid is vrij snel, afhankelijk van de soort, en kan in slechts een paar maanden 30 cm bereiken.
Belangrijkste soorten
De meest populaire soorten zijn:
- aster alpinus: bekend als alpiene asters. het is een vaste plant die inheems is in de middelhoogten van de Alpen. Ze wordt tussen de 25 en 35 cm hoog en produceert in de zomer violetblauwe bloemen.
- aster pyrenaeus: bekend als de ster van de Pyreneeën, endemisch aan de Franse kant van de Pyreneeën en de Picos de Europa. Het is meerjarig en bereikt een hoogte tussen de 40 en 60 cm, met violetblauwe bloemen in de zomer.
- aster squamatus: bekend als groene palico, matacavero, romperdallas of lolly, het is een kruidachtige plant afkomstig uit Zuid-Amerika die een hoogte bereikt van 2 meter. Geeft in de zomer witte bloemen.
- Astertripolium: nu bekend onder de wetenschappelijke naam Tripolium pannonicum subsp. tripolium is een kortlevende eenjarige of meerjarige plant afkomstig uit Noord-Europa die tussen de 20 en 60 cm hoog wordt. Hij bloeit het grootste deel van het jaar, tot na de zomer, en de bloemen zijn blauw of wit.
Wat zijn hun zorgen?
Als u een kopie wilt hebben, raden wij u aan de volgende zorg te verlenen:
Plaats
De Asters moeten zijn Buitenland, hetzij in de volle zon, hetzij in een gebied waar ze minimaal 3 uur direct licht ontvangen.
Hoe meer schaduw ze hebben, hoe slechter ze groeien en hoe minder bloemen ze produceren.
Land
Omdat het relatief kleine planten zijn, kunnen ze zowel in potten als in de tuin worden gekweekt, zodat de grond enigszins zal verschillen, afhankelijk van waar ze worden bewaard:
- tuin: het moet vruchtbaar zijn, met een zeer goede afwatering. Idealiter is de pH wat zuur, tussen 5 en 6, maar met klei hebben ze geen problemen zolang ze maar snel water opnemen.
- Bloempot: Ik adviseer om eerst een laag puimsteen, akadama of iets dergelijks aan te brengen en vervolgens te vullen met universeel teeltsubstraat gemengd met 30% perliet.
irrigatie
De frequentie waarmee deze planten water geven, zal het hele jaar door sterk variëren. Houd rekening met ze zijn niet bestand tegen droogte, maar als je ze meer water geeft dan ze nodig hebben, is de kans groot dat ze het verliezen En het is dat, vaak wordt gedacht dat hoe meer water je over ze giet, hoe beter het zal zijn, maar de waarheid is dat als ze te veel van hun wortels hebben, ze letterlijk zullen verdrinken.
Om dit te voorkomen, is het, naast het gebruik van een goed substraat of het planten in geschikte bodems, erg belangrijk om indien nodig water te geven, niet meer of minder. En ervoor Het is ten zeerste aan te raden om de vochtigheid van de grond te controleren voordat u ze water geeft, hetzij door een dunne houten stok of een digitale vochtmeter in te brengen.
Als we ze in een pot hebben, kunnen we ze afwegen als ze eenmaal bewaterd zijn en na een paar dagen opnieuw, omdat droge grond minder weegt dan natte grond en dit verschil in gewicht zal een grote hulp zijn om te weten wanneer we water moeten geven.
Abonnee
Van het vroege voorjaar tot de late zomer, met Organische meststoffen Als u ze in een container hebt, gebruik dan vloeibare of gegranuleerde meststoffen, volgens de aanwijzingen op de verpakking van het product.
Vermenigvuldiging
De Asters vermenigvuldig het overgrote deel van de tijd met zaden, of door deling in de lente Laten we in elk geval kijken hoe we verder moeten:
zaden
- Het eerste dat u moet doen, is een bak voor zaailingen vullen (zoals esta) met universeel groeisubstraat.
- Vervolgens wordt het bewust bewaterd.
- Daarna worden maximaal twee zaden in elke alveolus geplaatst en bedekt met vermiculiet (te koop hier).
- Ten slotte wordt het opnieuw bewaterd, dit keer met een sproeier, en wordt de zaailingenbak buiten in de volle zon geplaatst.
Ze zullen dus binnen 14-20 dagen ontkiemen.
deling
Om de planten te verdelen, moeten ze uit de grond of pot worden gehaald en met een gekarteld mes dat vooraf is gedesinfecteerd met alcohol, de kluit / aardebrood verdelen. Dan blijft het alleen over om elk stuk in verschillende delen van de tuin of containers te planten.
Tijd voor planten of verplanten
In de lente. Als het in een container wordt bewaard, transplanteer dan om de twee of drie jaar.
Landelijkheid
Het hangt af van de soort Sommige zijn helemaal niet bestand tegen kou en zijn eenjarig, maar er zijn er andere, zoals A. alpinus, die vorst tot -18ºC weerstaan.
Wat vond je van de Asters?